Achtergrond
Van Werven Infra & Recycling BV is een op en top familiebedrijf, dat circulariteit in het DNA heeft zitten. In 1945 is wijlen de heer W.J. van Werven het bedrijf begonnen door te investeren in tractoren, om die aan boeren te verhuren die zelf geen geld hadden om een tractor te kopen. Op deze manier was het een win-winsituatie voor iedereen. Dit was de start van het bedrijf zoals we het nu kennen; waar circulariteit continu terugkomt. Van hergebruik van materialen tot de inzet van mensen en machines. Altijd met de vraag: wat doet het met het milieu en hoe circulair kunnen we ons werk doen?
Van Werven is immers al tweeëntwintig jaar geleden begonnen met het initiatief om eigen elektriciteit op te wekken door windmolens te bouwen. Twee jaar geleden zijn deze windmolens ook daadwerkelijk neergezet. In 2007 begon Van Werven een kunststof recycling bedrijf. En op dit moment zijn ze de grootste kunststof recycleraar van West-Europa met meerdere vestigingen. Ook wordt er nu veel geïnvesteerd in de infrasector om emissieloos te kunnen werken. Een ander belangrijk speerpunt is circulariteit. Op veel verschillende manieren wordt hieraan gewerkt.
Van Werven heeft ongeveer 800 medewerkers in dienst. Ze bedienen de infrasector met een breed scala van machines en diensten. Het unieke aan Van Werven is dat het bedrijf alleen op basis van onderaanneming werkt. De meeste werknemers werken in de afvalsector, waarin ook veel internationaal wordt gewerkt.
Harry Hertsenberg werkt sinds 3 jaar bij Van Werven, maar is al 25 jaar werkzaam in de bouwsector. In het verleden heeft hij werktuigbouwkunde gedaan. Harry geeft aan dat hij altijd al veel affiniteit met zwaar materieel heeft gehad. “In eerdere functies ben ik bij twee grote aannemersbedrijven directeur materieel geweest. Momenteel ben ik bij Van Werven verantwoordelijk voor infra, waar 250 mensen werken. Die zijn vaak continu onderweg met machines en/of aan de slag als uitvoerder in het grondwerk. Ook ben ik verantwoordelijk voor de medewerkers die op kantoor werken”.
Het verschil ten opzichte van de andere organisaties waar Harry gewerkt heeft, is dat hij aangeeft dat Van Werven als familiebedrijf echt bezig is met de vierde generatie. Het is meer dan alleen winst maken. Het maatschappelijk ondernemen zit echt in het DNA van Van Werven, zo geeft hij aan. Vragen die altijd spelen zijn dan ook: hoe zorgen we ervoor dat ze over zoveel jaar nog bestaan en wat komt daarbij kijken? Harry voelt zich vereerd dat hij bij Van Werven vanuit dit perspectief een onderdeel van het bedrijf mag zijn.
“Ik zie het als een grote uitdaging een bedrijf als Van Werven in deze transitie te leiden. Er moeten 250 machines en meer dan 60 vrachtwagens omgebouwd worden. Dat is een enorme klus. Zo blijven we de transitie binnen de infra sector vormgeven, zodat we klaar zijn voor de vierde generatie”.
Een groot bijkomend voordeel van het werken bij Van Werven voor Harry is dat hij nu maar 6 km van zijn werk woont. In het verleden was dit 160 km….
Emissieloos werken
“Wij kunnen, als de klant ervoor betaalt, 100% emissieloos grondverzet uitvoeren. Daar staan we voor”.
Op de vraag waar Van Werven nu staat met betrekking tot emissieloos bouwen is het antwoord helder. Volledig emissieloos, als de klant daarvoor wil betalen geeft hij aan. Als je naar het totaal kijkt van al het materieel, is daarvan nu bijna 5% elektrisch.
Op de website van Van Werven staan de beschikbare machines, waarvan er altijd minimaal twee beschikbaar zijn. Ook is er geïnvesteerd in transportmaterieel en vrachtwagens en ook in mobiele accu-systemen, zodat de bouwplaats die nog geen stroomaansluiting heeft, toch met elektrische machines aan de slag kan.
“De investering in batterijen is geen verkeerde investering" geeft Harry aan. "Het motto van Van Werven is samenwerken aan echte oplossingen, dat zorgt ervoor dat je oog moet hebben voor het totale proces i.p.v. alleen die unieke machine. Emissieloos werken moet echt heel anders uitgevoerd worden. Je hebt te maken met een heel andere soort voorbereiding. Je moet veel eerder in gesprek gaan met je klant. Ook is het niet altijd mogelijk om vandaag te bellen en morgen een elektrische machine op de bouwplaats te hebben”.
“Ik vergelijk deze transitie wel met die van het stoomtijdperk naar diesel. Dit kenmerkt zich aan de ene kant in chaos en aan de andere kant de complexiteit van de techniek. Dat is nog niet te doorgronden voor iedereen”.
Van Werven kan hierin dus heel goed meedenken.
Als ik vraag naar een mooi recent project, met voorbeelden over emissieloos materieel van Van Werven, verwijst Harry naar YouTube, waarop een korte film staat waarin hun mobiele accuboxen onder de aandacht worden gebracht. Dit geeft een mooi beeld hoe Van Werven het tekort aan elektriciteit op de bouwplaats op kan lossen.
Het wordt nu al op een aantal projecten gebruikt. Zoals voor de BAM, KWS en Dura Vermeer. “Daarin zie je dat we gevraagd worden door partijen die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan”. Het stationsgebied in Nunspeet doet Van Werven nu voor de BAM. Dit is een volledig emissieloos project. Voor Dura Vermeer leggen ze een riool aan. Daar verhuurt Van Werven een aantal emissieloze machines. De resterende werkzaamheden vindt plaats met stage V machines.
Knelpunten wat betreft emissieloos bouwen zijn vooral de financierbaarheid en de betaalbaarheid ervan. Emissieloos werken moet echt top of mind gaan worden. "En dat is het nog niet", aldus Harry. Opdrachtgevers moeten er nog veel meer mee aan de slag gaan. “Hier moet je echt aandacht voor vragen”. Een ander belangrijk punt voor Van Werven is de verzekerbaarheid van accuboxen.
Hierbij vindt Harry dat er meer uniformiteit moet komen in de voorschriften van verzekeraars. Dan kan dit materieel ook beter verzekerd worden. Ook moeten partijen die koploper zijn beter gezien worden. Dit gebeurt volgens Harry nog echt te weinig. Ook om de investeringen die noodzakelijk zijn voor het stimuleren van emissieloos werken op te laten nemen in aanbesteden. Want er moet voldoende zicht zijn op werk.
Ook om de stroomhuishouding op verschillende bouwplaatsen op orde te krijgen is een hele klus. Dit blijft een beetje een kip en ei verhaal. Het is nu al moeilijk om een fatsoenlijke aansluiting te realiseren en de vraag wordt steeds groter. Daarom kan een investering in batterijen geen kwaad, zo geeft Harry aan.
Van Werven en ENI
Van Werven is nu twee jaar lid van ENI. “We zijn lid geworden, omdat ENI een platform is waar meer dan op andere vlakken, ontwikkelingen plaatsvinden m.b.t. emissieloos werken”. Ook ziet Harry ENI als een koplopersgroep waar Van Werven graag in meedoet. “ENI heeft het in korte tijd voor elkaar gekregen om gesprekspartner te zijn richting overheden en andere partijen die emissieloos werken ook belangrijk vinden. De overheid hecht waarde aan de mening die ENI ventileert. Dat kan ook positief uitwerken op ons eigen bedrijf”.
Harry ziet graag dat we de komende tijd aan de slag gaan om elkaar als ENI leden meer vast te houden. Het ENI-lidmaatschap levert hem geen enkel gunningsvoordeel, ondanks het feit dat Van Werven al zwaar heeft geïnvesteerd in emissieloos materieel.
Om rendement te kunnen blijven maken, moet hij zijn inkomsten ook nog kunnen genereren uit dieselmaterieel. “De euro regeert op de traditionele projecten, daar gaan ze vaak voor de goedkoopste. Dat zal echt een stukje beter kunnen”. Meer samenwerken als ENI-leden moeten we veel vaker doen, aldus Harry.
Wat kan Van Werven voor andere ENI leden betekenen?
● Van A tot Z een grondverzetproject verzorgen.
● Aerius berekeningen maken.
● Meepraten in een tender: hoe een project op een zo emissieloze manier kan worden uitgevoerd.
● Naast emissieloos metarieel, is een state- of- the-art machinepark stage V beschikbaar.
● Grondverzet kan al emissieloos uitgevoerd worden.
Ook rust Van Werven zijn medewerkers uit met elektrische auto’s om op het werk te komen. In een hele brede context kan Van Werven dus helpen om emissieloos te werken.
De toekomst
Als we het hebben over trends en prognoses voor de toekomst, maakt Harry zich toch wel zorgen. Vooral over de manier waarop de grootste opdrachtgever, de overheid, reageert op de stikstofproblematiek. Daarentegen zijn de transitiepaden een mooi initiatief, alleen wekt het de indruk dat het te langzaam gaat. "Wij zijn ook onderdeel van Cumela en Bouwend Nederland, daar hoor je juist dat het iets pro-actiever mag. Wil je de transitie vormgeven, dan moet je blijk geven dat je oog hebt voor deze verandering naar emissieloos”. Op veel vlakken vindt Harry dat de overheid uitblinkt in afwezigheid.
De andere trend is dat nu wel iedereen vraagt om emissieloos materieel. Iedereen ziet in dat er iets moet gebeuren. Het thema is ‘top of mind’. Dit gaat voor nieuwe energie zorgen en problemen oplossen. De vraag is echter de mate waarin het echt een bijdrage aan de transitie naar emissieloos. Het projecten-aanbod is nu drastisch minder aan het worden.
Over drie jaar is het 2026... Waar staan we dan als Nederland m.b.t. emissieloos bouwen?
Het kan twee kanten op gaan: of we hebben de boodschap met elkaar ècht goed begrepen en pakken door en lopen voorop. Of we vallen compleet stil met elkaar.